Waar komt het woord ‘ekklesia’ vandaan?

Auteur

minty |

Een ‘ekklesia’ is een ‘samenscholing’ van mensen die zich aangesproken voelen door de woorden en de inspiratie van psalmen, profetenvisioenen en evangelieverhalen. In deze wereld van vooroordelen en heersende opinies, taalverarming en welvaartspsychose, biedt het bijbelse verhaal met zijn visioen van een wereld ‘waar mensen waardig leven mogen’, een tegenkracht.

Gewone mensen, wars van elite en machtsvertoon, toetsen hun ‘normen en waarden’ en hun politieke keuzes aan dat elementaire ideaal van een menswaardige samenleving en proberen die op kleine schaal dichterbij te brengen. Ze zijn aan een nieuwe wereld begonnen, midden in de oude. Zij zoeken geestverwanten.

Sinds haar oprichting als studentengemeente, in 1960 door pater Jan van Kilsdonk, heeft de Ekklesia Amsterdam – tot 2015 onder de naam Amsterdamse Studentenekklesia – een eigen liturgische traditie opgebouwd, waarbinnen de teksten en liederen van Huub Oosterhuis het zwaartepunt vormen. Hoewel allang geen specifieke studentengemeente meer, bleef de naam ‘Studentenekklesia’ lange tijd behouden. Er kwamen en komen immers mensen op af die iets willen leren, die aangesproken willen worden in een taal die niet dogmatisch, maar ook niet vrijblijvend is.
‘Ekklesia’ kun je op gezag van de nieuwste Van Dale beschouwen als een hedendaags Nederlands woord, vrouwelijk, meervoud ecclesia’s; maar dan moet je het wel schrijven met twee c’s – niet met twee k’s. Wij schrijven het met dubbel k omdat het woord oorspronkelijk Grieks is. In de Griekse vertaling van de joodse Schrift, de Septuaginta, is ekklesia de weergave van het Hebreeuwse woord qahal, dat ‘bijeengeroepen’ betekent. De woorden qahal-ekklesia duiden niet op mensen die op eigen initiatief bij elkaar gekomen zijn en op eigen kracht bij elkaar blijven. Ze zijn bij elkaar gehááld, door een stem, woorden, een verhaal, en ze worden bijeengehouden door dat verhaal. De qahal van de ‘kinderen van Israël’, die allereerste bijeengeroepenen, werd bijeengehouden door woorden van bevrijding, een oproep tot uittocht, een verhaal over goed, wijd land. In het Griekse ekklesia klinkt het woord kalein, ‘roepen’, door, en ek betekent ‘uit’: ekklesia, dat zijn zij die ergens uit weggeroepen zijn, en ergens naar toe gaan. Het roept het beeld op van een weg die gegaan moet worden en van reisgenoten.

Het woord ‘kerk’ roept andere beelden op; een kerk staat, een ekklesia gaat.