Liturgische gezangen van Tom Löwenthal.
Het album Om Liefde bevat 13 liedteksten van Huub Oosterhuis op muziek van zijn zoon Tjeerd Oosterhuis, gezongen door Trijntje Oosterhuis, Edsilia Rombley, Jan Dulles (3J’s), Paul de Leeuw, Huub van der Lubbe, Tania Kross, Youp van ‘t Hek en Berget Lewis.
Het initiatief voor dit album is genomen door Stichting De Nieuwe Liefde. Zij legde het idee neer bij Tjeerd die er enthousiast op reageerde. Uit de vele liedteksten van zijn vader koos hij er twaalf waar hij het meest bij voelde. Tjeerd: “Dit album brengt twee verschillende werelden bij elkaar, de spirituele wereld van mijn vader en mijn wereld van de lichte muziek”.
De psalmen zijn gedichten die ‘de ruimte van het volledig leven’ tot uitdrukking brengen. In zijn boek 150 Psalmen vrij heeft Huub Oosterhuis de oudste levensliederen van onze beschaving in het hart geraakt en met zijn dichterziel getransfigureerd tot nieuwe grote liederen. Minstens de helft daarvan is inmiddels getoonzet. In deze cd-box (4 cd’s) zijn vijftig vrije-psalm-composities van Antoine Oomen bijeengebracht; een deel daarvan – 20 psalmen – is nu voor het eerst op cd te horen. Ook psalm 119 (in tweeëntwintig zangen) is in de box opgenomen.
In november 2011 presenteerde Huub Oosterhuis zijn boek 150 Psalmen vrij: resultaat van ruim vijftig jaar bestuderen, vertalen en hertalen van de oeroude joodse gebeden. Al snel kwam in samenwerking met sopraan Helena Biemond een psalmenprogramma tot stand waarin Huub Oosterhuis voordraagt en Helena Biemond psalmen vrij zingt onder begeleiding van pianist Henri Heuvelmans. Dit programma is sinds november 2011 op vele plekken in Nederland en Vlaanderen uitgevoerd. Na afloop van deze uitvoeringen kwam steeds vaker de vraag naar een opname van dit programma. Vandaar deze cd, waarop vijftien psalmen vrij gezongen en negen psalmen vrij gesproken worden, met als toegift het geliefde lied ‘Die mij droeg’. De liederen en gesproken teksten zijn mooi om naar te luisteren, maar ook bruikbaar in groepsverband, liturgische samenkomsten, ter meditatie, verstilling, om mensen te inspireren, troosten en te bemoedigen.
In 2008 verscheen de 4 cd-box ‘Laat mij maar zingen (I)’ met honderd liederen op teksten van Huub Oosterhuis, een keuze uit het inmiddels meer dan zeshonderd werken tellende Amsterdamse repertoire. Het succes van deze verzamelbox was aanleiding tot het maken van deze tweede selectie van honderd (andere) liederen uit het ‘Verzameld Liedboek’ (2004), waarvan het merendeel gecomponeerd is door Bernard Huijbers, Tom Löwenthal en Antoine Oomen. Ook opgenomen in deze selectie is het lied ‘Dit ene weten wij’ (tekst Henriëtte Roland Holst, muziek Mariëtte Harinck), dat het motto is van het Verzameld Liedboek en dat met toestemming van de rechthebbenden is overgenomen van de cd ‘Tussen de tijd’ van het Nieuw Liedfonds, Amsterdam. Meer informatie: www.nieuwliedfonds.nl.
Dit Werkboek, gewijd aan de vastentijd en de viering van Pasen, bevat materiaal voor liturgie en prediking, ontstaan in de Amsterdamse Studentenekklesia (sinds 2015: Ekklesia Amsterdam), verbreed en verbreid door Stichting Leerhuis & Liturgie (1980-2011) en thans beheerd door het Nieuwe Liefde Leerhuis. Dat materiaal, voornamelijk lied en Schriftuitleg, is, zonder poging tot volledigheid, losjes geplaatst in het kader van de actuele rooms-katholieke liturgische werkelijkheid, waar ook veel protestante gemeenten zich voor hun eredienst op oriënteren, zij het op heel verschillende manieren.
Het ‘eigen geluid’ – de taal en theologie – van dit materiaal is gevonden en hervonden in een grondige omgang met de bijbel als oerboek van alle liturgie, vooral de omgang met de Joodse Schrift, waaraan als ‘Oude Testament’ in het verleden liturgisch veel tekort is gedaan. Bij dat eigen geluid hoort bovendien een wijze van Schriftuitleg die uitdrukkelijk rekening houdt met de sociaal-politieke context waarin heel de bijbel is ontstaan, en met de implicaties daarvan voor de ‘wereldbeschouwing’ van de hedendaagse ekklesia.
Een zeer bruikbaar werkboek voor professionele en lekenvoorgangers in liturgie en eredienst op zoek naar inspirerende vormen van liturgie en Schriftuitleg, in een periode van het kerkelijk jaar, waarvan de oude en oudste tradities nog altijd tot de verbeelding spreken. Bekijk ook Werkboek voor liturgie 2 »
Deze twee composities van Löwenthal (53 minuten) en Oomen (16 minuten) zijn elk door Huub Oosterhuis bedoeld om in hun geheel als ‘dodenvesper’ te worden uitgevoerd, bijvoorbeeld met Allerzielen. De gezangen kunnen echter ook heel goed afzonderlijk en in wisselende samenstelling worden uitgevoerd door grote of kleine koren en schola’s, solistisch, een- of meerstemmig, met of zonder orgel en viool, in kerken, kerkhofkapellen, aula’s en crematoria. De productie van deze cd is mede mogelijk gemaakt door Uitvaartcentrum Bouwens te Amstelveen.
Een Requiem is een dodenliturgie: een serie teksten waarmee in een liturgische bijeenkomst afscheid wordt genomen van een of meerdere overledenen, of waarin alle doden worden herdacht, zoals in de katholieke traditie op Allerzielen (2 november).
De tekst van dit nieuwe Requiem is geënt op het traditionele requiem, maar gaat daar zeer vrij, kritisch associatief mee om. Oosterhuis volgt in grote lijnen de gang van de ‘mis’. Maar de dichter zoekt de binnenkant van het oude ritueel en de traditionele taal. Hij stelt vragen en legt onverwachte, dwarse accenten en verbanden. De zoekende, soms dringende gebeden vragen om muziek, die tegelijkertijd de oeroude, middeleeuwse oorsprong van het requiem laat horen én de vele vragen die de hedendaagse mens daaraan kan stellen.
De muziek die Stijn van der Loo bij de tekst heeft geschreven is met één woord ‘postmodern’ te noemen. Geen moderne muziek, waarbij met muzikale systemen wordt geëxperimenteerd; geen traditionele, ‘modern-klassieke’ muziek, maar een combinatie van klassieke en hedendaagse muzikale stijlen met de melodieën van het gregoriaanse requiem. Dat levert een intens, soms teder soort beschouwelijkheid op, hier en daar aangezet met een touch of rythm and blues. Het resultaat is een muzikaal equivalent van een reeks kleurrijke glasinloodramen.
Deze cd telt zestien liederen en is voor een deel gevuld net nieuwe composities op vrije psalmbewerkingen van Huub Oosterhuis, en in die zin te beschouwen als een vervolg op ‘Om leven dat doorgaat, een psalmensymfonie’. Bijzonder is vooral de bewerking van Psalm 91: ‘Wie woont onder de hoede van’, gezet op een sobere, gregorianiserende melodie, die in het midden wordt afgewisseld met een hertaling van de tekst van het joodse gebed voor de doden, het kaddiesj, op een grote melodie van Edward Elgar; al met al een cantateachtige compositie van meer dan elf minuten. Naast psalmliederen bevat deze cd een nieuwe melodie op het bekende lied ‘Een mens te zijn op aarde’, nieuwe opnamen van oudere, niet meer op cd te verkrijgen liederen (‘Zoals een moeder zorgt’, ‘Vriend’, ‘Overal zijt Gij’), enkele specifieke bijbelliederen (‘Lied van Jozua’, ‘Lied van Ezra en Nehemia’) en ‘Een psalm, een huwelijkslied’, speciaal gemaakt voor het huwelijk van Friso en Mabel. Live-opname van een concert in het Dominicanenklooster in Zwolle op 13 mei 2007.
In de reformatorische traditie staat deze psalm wel bekend als het ‘gebed zonder end’. Huub Oosterhuis heeft hem opnieuw vertaald en bewerkt tot een serie van tweeëntwintig verzen van acht regels, waarin hij alle mogelijke kleuren en stemmingen van de oertekst naar boven haalt. Antoine Oomen heeft deze teksten vervolgens gevat in even zovele muzikale stijlen en stemmingen, zodat een spannend en afgerond geheel is ontstaan. De cd werd live opgenomen tijdens een concert in het Dominicanenklooster in Zwolle op 13 april 2008. Uitvoering in luxe band met uitneembaar tekstboek, waarin ook een uitleg van Psalm 119 door Huub Oosterhuis is opgenomen.